1915
Schotten deden een aanval op Petit Bois en Maedelstede Farm. Zij veroverden twee M.G. stellingen en namen 57 Duitsers gevangen. Al snel moeten zij de ingenomen posities opgeven. Bij hun poging Wijtschatebos te heroveren verliezen de Schotten 17 officieren en 407 manschappen.
Werd het Reserve-Infanterie-Regiment Nr.8 uit de sector nabij Maedelstede weggehaald en de 3e Duitse Divisie. Het 3e Duitse Divisie 15de regiment verschoven en nam plaats tussen de noordwestrand van het Croonaertbos tot Petit Bois.
Het Beierse Infanterie Regiment Nr.17 de sector van 1.800 meter aan de Wijtschatebeek, tussen de Hollandse Schuur en Maedelstede op 50 à 200 meter van de Britten.
Bij een Britse aanval op Spanbroekmolen door de 3th Worcesters op de Duitsers, verloor er het leven bij de 22 jarige luitenant William Hamilton Clarke van de "A Compagny", hij gedroeg zich manhaftig en heldhaftig tijdens de gevechten en werd hem het Military Cross verleend.
Op die dag werd er een V.C. gewonnen aan Spanbroekmolen. Die dag meldde Luitenant Cyril Gordon Marin zich vrijwillig om een kleine groep van zes granaatwerpers te leiden tegen de vijandelijke loopgraaf aan Spanbroekmolen, die de vooruitgang ophield. nog voor het vertrek werd hij door granaatscherven gewond, hij trok zich daar weinig van aan. hij leidde de aanval op de Duitse stelling en nam de loopgraaf in. Zij hielden de stelling gedurende twee en een half uur tegen meerdere tegenaanvallen. Voor deze realisatie, die dit op een kritisch moment de vijandelijke versterkingen ophield, wanneer de Britten de frontliniebezetting wijzigden. Dat hem het victoria Cross verleende.
Het 3e Duitse Divisie 15de regiment verschoven en nam plaats tussen de noordwestrand van het Croonaertbos tot Petit Bois.
Het Königliche Bayerische 5de Infanterie Regiment uit Bamberg bevond zich te Wijtschate. Zij doorstonden enkele kleine schermutselingen aan de Linde.
Voor het eerst werd er officieel melding gemaakt van gifgas en dit door de Britten aan de Spanbroekmolen op de Duitsers.
34 Canadese vrijwilligers die behoorden tot het 28th Bataljon voerden een nachtelijke raid uit op de vijandelijke loopgraven aan Spanbroekmolen.
Het Reserve-Infanterie-Regiment (R.I.R) Nr. 212 met een eerste bataljon "Abschnitt 6" en de reserves werden geplaatst in 't Helleken, het tweede bataljon in Bereitschaftstellung op Barbara, Schwalben en Pflaumenhof.
Korte Britse aanval links van de Duitse 54ste Divisie, de Duitse leiding namen meerdere veiligheidsmaatregelen. De bunkers in 't Helleken werden stevig versterkt en een tweede verdedigingslijn De Riegelgraben uitgebouwd. Langs beide kanten van de Kruisstraat. Via Decauvillelijnen werden verscheidene materialen aangebracht.
Namen het R.I.R. Nr.125 hun intrek in nieuwe stellingen tussen café Halfweg en Granatenhof in de onmiddelijke nabijheid van de vijand.
Het Königlich Preusisches R.I.R. Nr.125 lag op de lijn café Halfweg(Oosthoekstraat) tot Granathof. Hun hoofdkwartier lag op Staenijzer die zij verder uitbouwden met bunkers.
Om 2u10 drongen min of meer 120 vrijwilligers, die op Barbara Hof speciaal getraind waren, de vijandelijke stellingen binnen. Dit gebeurde nadat het Pionierregiment Nr. 36 gifgas op hen had losgelaten.
Aan Croonaert ontploften twee Duitse camouflagemijnen: de Bertha en de Carl.
In de camouflagemijn Anna ontplofde de lading en sloeg een krater van 8 meter diep met een doormeter van 22 meter.
Leden de Duitse stellingen in 't Helleken ferm onder het zware Britse artillerievuur.
Waren een 12 tal manschappen van de 250ste Tunnelling Company bedrijvig ondergronds in Petit Bois. De Duitsers hadden verdachte geluiden waargenomen onder grond en lieten een tegenmijn ontploffen.
Een nieuwe gasaanval werd uitgevoerd.
Een Britse tegenactie gesteund door de Royal Artillery, veroorzaakte bij de Duitsers de dood van 18 manschappen en 56 gekwetsten.
Nieuwe acties van de Britten op de Duitse vijand.
Nieuwe actie van de Duitsers op de Britten, niets veranderd aan posities.
Een groep van het 18de Canadese Bataljon drong door tot Bauerhof
Het 4de Württ.Feldartillerie Regiment Nr.65 keert terug naar de Wytschaeteboog.
Continu artilleriebeschietingen op de Duitse stellingen.
Massale aanval door de geallieerden op de Duitse stellingen om Zero Hour(3u10) de Mijnenslag is begonnen door geweldige exploties van 19 mijnen, tegen de middag was Wijtschate bezet door de Britten en werden de Duitsers verder verdreven, Oosttaverne werd in de namiddag bezet en s'avonds waren zij reeds te Hollebeke.
s'Avonds verlaat het 52nd Bataljon van het Britse IXth Corps de Wambeek om assistentie te geven aan Blauwpoortbeek.
Het 50th Bataljon doe een eerste aanval op de Duitse posities aan Blauwpoortbeek om 22u00, de aanval miskukt.
Zij doen een nieuwe aanval s'nachts samen met het 52th Bataljon met succes.
De Duitsers zijn weer in Wijtschate en moeten de Britten terugtrekken.
Veroverden de Duitsers in hoge snelheid de grote springtrechters van Wijtschate.
Het korps Sieger Wijtschate en de voet van de Kemmelberg in, Wijtschate was weer in Duitse handen.
Vielen de Britten om 6u30 Wijtschate aan onder zwaar artillerievuur, de Maedelstedetrechter(Oosthoeve) is de ganse dag onder vuur genomen. Om 21u30 vielen de Britten opnieuw aan, hun aanval werd afgeslagen, de Duitsers nemen de Britse barakken die op geschutsafstand lagen in Kemmel onder vuur, de Britten ontruimden die snel, voor de Duitsers was dit een rijke buit deze schuilplaatsen die goed voorzien waren, zij vonden er 1500 paar Britse laarzen met lange "benen" en veel waterdichte mantels. De ingangen van deze schuilplaatsen waren evenwel allen met de ingang naar de Britten toegekeerd. De verliezen aan Duitse kant bedroegen: 14 officieren, 160 onderofficieren en 483 soldaten en gewonden.
Eind september werden de Duitsers uit Wijtschate verdreven, een bloedige episode van dood en vernieling was bijna afgelopen.
Werd de wapenstilstand getekend en was de oorlog voorbij, maar nog niet helemaal voor Wijtschate, het was immers nog altijd de Britse commandant die de streek onder zijn gezag had. Ook waren er nog altijd legerkampen in en rond Wijtschate en was er ook een kamp voor Duitse krijgsgevangenen.
Inwoners die terug gekeerd waren, leefden in moeilijke omstandigheden, van de 3500 inwoners voor de oorlog zijn er in 1920 nauwelijks 1236 inwoners die in barakken wonen. Volgens de volkstelling in dit jaar stonden er slechts acht huizen. Alles was verwoest na vier jaar intense bombardementen.